uit het Liedboek voor de kerken
Allerlei liederen in het Liedboek voor de kerken, zowel psalmen als gezangen, verwijzen naar de mens in de schepping. Mens worden betekent altijd je verdiepen, op zoek gaan naar je wortels. Het is een ‘aarden in geloof’ om stevig te staan als er storm opsteekt of wanneer je je verlaten voelt. Dat beeld van wortels rond het thema verdieping, ver-worteling, is op allerlei manieren te gebruiken en te combineren met bloemen.
Niet alleen winterwortel maar ook pastinaak dit is een witte winterwortel, koolraap, rammenas zijn te gebruiken. Wortels zijn uit te hollen en als vaasje te gebruiken.
Om wortels rechtop te laten staan kun je ze aan elkaar vastmaken met saté stokjes. Denk ook aan de bruikbaarheid van de soms prachtige wortelkluit van struiken die gerooid werden of plaats bloembollen in een glazen bak met water, zodat de wortels zichtbaar zijn.
Schikkingen bij liederen uit Liedboek voor de kerken
Psalm 104
‘…Zend uw adem en zij worden geschapen, Zo geeft u de aarde een nieuw gelaat’
_ Deze psalm is een lofzang op de hele schepping. Kies er één van de elementen uit. Maak een bol, half of heel en bekleed die enerzijds met dorre materialen, links en groene materialen rechts. Laat vanuit het dorre deel een vloeiende, rode lijn lopen die steeds dikker wordt in het groen. Rood is een verwijzing naar de Geest. Gebruik bijvoorbeeld rode bladeren zoals de achterkant van Ligularia blad, Cotinus, Photinia, bloemen van de Monarda of wel brandende liefde, of rode rozen, of de stelen van rode zuring.
Gezang 472
‘…De geest van God bezielt wie koud zijn en versteend herbouwt wat is vernield, maakt één wat is verdeeld’
– Maak een compositie van brokken steen. Laat tussen de stenen fris groen opkomen. Laat door het geheel rode takken of bundels van rode draden lopen als verwijzing naar de Geest.–
