- De sleutel in handen krijgen
- Macht en verantwoordelijkheid: Jesaja 22: 22 ‘De sleutel van Davids huis leg Ik op zijn schouders. Wat hij opent’, kan niemand sluiten; wat hij sluit, kan niemand openen
- Huisbewaarder, beschermer: Mattheüs 16: 19 ‘Ik zal je (Petrus) de sleutels geven van het koninkrijk der hemelen.